De voorlopige beschikking is een voorloper op de definitieve, het is belangrijk om de gegevens goed te controleren. Dit kan tot 1 mei 2024.
In de Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl) is geregeld dat werkgevers recht hebben op loonkostenvoordelen voor bepaalde groepen medewerkers. Deze loonkostenvoordelen zijn onderverdeeld in het lage inkomensvoordeel, het jeugd lage-inkomensvoordeel en het reguliere loonkostenvoordeel. Per voordeel gelden verschillende voorwaarden, graag zetten we dit voor je uiteen.
LKV
Het loonkostenvoordeel (LKV) is in het leven geroepen om werkgevers te stimuleren medewerkers in dienst te nemen die een afstand tot de arbeidsmarkt ervaren. Dit gaat bijvoorbeeld om:
- oudere medewerkers met een uitkeringsverleden;
- arbeidsgehandicapte medewerkers;
- medewerkers met een banenafspraak of scholingsbelemmering;
- herplaatste arbeidsgehandicapte medewerkers.
LIV
Het LIV is een tegemoetkoming aan werkgevers voor medewerkers met een laag loon, vaak laagopgeleid. Het moet werkgevers stimuleren substantiële banen aan te bieden voor deze groep en deze medewerkers vervolgens te behouden. Je hebt recht op LIV als de medewerker voldoet aan de volgende vier voorwaarden:
- de medewerker is verzekerd voor één of meer van de werknemersverzekeringen;
- de medewerker heeft in 2023 een gemiddeld uurloon van minimaal € 12,04 en maximaal € 15,06;
- de medewerker heeft ten minste 1.248 verloonde uren per kalenderjaar;
- de medewerker heeft de AOW-leeftijd nog niet bereikt.
Jeugd – LIV
Het jeugd-LIV compenseert de stapsgewijze verhoging van het wettelijk minimumjeugdloon voor medewerkers van 18, 19 en 20 jaar. Om in aanmerking te komen voor het jeugd-LIV dient jouw medewerker aan drie voorwaarden te voldoen:
- de medewerker is verzekerd voor één of meer van de werknemersverzekeringen;
- de medewerker heeft een gemiddeld uurloon dat valt binnen de bandbreedtes van het jeugd-LIV die horen bij zijn leeftijd;
- de medewerker heeft op 31 december 2021 een leeftijd van 18, 19 of 20 jaar.
Goed om te weten!
- in sommige gevallen voldoet een medewerker aan de voorwaarden van zowel het LKV als het LIV, het is echter niet toegestaan om beide tegemoetkomingen toe te passen op een medewerker.
- het LIV kan worden toegepast op medewerkers die 100 tot 125% van het minimumloon verdienen. De bovengrens voor het LIV zal voor komend jaar echter worden aangepast van 125% naar 104%.
- er zal een wetsvoorstel worden ingediend om het LIV te laten vervallen, dit is in het pensioenakkoord besloten.
- het jeugd-LIV wordt per 2024 afgeschaft. De voorlopige beschikking van 2023 is dus de laatste waarin het jeugd-LIV is opgenomen.
- om aanspraak te maken op het LKV dien je een doelgroepverklaring van de medewerker te hebben. Dit gaat altijd in samenspraak met de betreffende medewerker.
- de controle van de voorlopige beschikking dien je voor 1 mei 2024 aan te leveren. Eventuele aanpassingen worden in de definitieve beschikking meegenomen.
- de definitieve beschikking kan tot 5 jaar na uitgifte nog worden gecontroleerd. Fouten kunnen worden beboet, een goede controle is dus van groot belang.
Het controleren van een voorlopige beschikking is al geen eenvoudige klus, maar ook bij het verzamelen van de benodigde gegevens voor bijvoorbeeld de aanvraag of de doelgroepverklaring kan ingewikkeld zijn. De HR specialisten van OAZ zijn volledig op de hoogte van de wet- en regelgeving omtrent deze loonsubsidies en kunnen je bijstaan in dit traject. Benieuwd hoe? Neem dan contact op met OAZ via [email protected] of bel 088 5600 700.
Bezoeker!
Laatste nieuws
Vacatures
Kalender
Downloads
Kennis
Blijf op de hoogte
WORD LID
Met HRcommunity maken we het werkveld iedere dag een stukje beter en mooier. Meld je gratis aan als lid, maak verbinding, haal én breng kennis, maak je eigen ledenprofiel, connect met andere leden en meer.
PUBLICEER
Heb je een uniek en interessant artikel geschreven en denk je dat deze interessant kan zijn voor de leden van HRcommunity? Stuur deze dan in via het formulier en wij gaan er mee aan de slag.